Boerentroonrede 2020: De Biologische boer heeft goud in handen

Op 22 en 23 januari 2020 vond de tweedaagse Biobeurs in de IJsselhallen in Zwolle plaats met ca. 400 standhouders en 10.000 bezoekers.

De beurs ging op een speciale manier van start, met de Boerentroonrede, dit jaar voorgedragen door de Flevolandse biologische boerin Tineke van den Berg van De Stadsboerderij bij Almere. Vooraf was ze te gast in de studio van Omroep Flevoland om over deze eervolle taak te praten. "Ik wil graag alle boeren moed in praten dat wij, als boeren, goud in handen hebben bij het oplossen van klimaatproblemen," vertelt Tineke aan de journalisten. En dit 'goud' is voor haar zowel het zwarte goud -de mest van haar eigen koeien- als de capaciteit van boeren om met het telen van producten en hun land te bewerkten CO2 te kunnen vastleggen in de bodem. "Stel nu dat het alle boeren in Nederland lukt om de komende tien jaar, op iedere akker, het organische stof-gehalte het 'levende deel', met 0,5% te verhogen. Dan hebben we over tien jaar het klimaatprobleem opgelost. "Goede mest bindt CO2", licht Tineke toe. ""Het is dan wel belangrijk dat je niet meer koeien houdt dan past bij het land dat je hebt." Bovendien zorgt een actief bodemleven ook voor stikstofbinding in de bodem. Tineke legt uit dat we geneigd zijn koeien veel eiwitten te voeren zodat ze veel produceren, maar dan vervliegt er ook weer veel stikstof in de mest. Daardoor zijn stikstofgehaltes in mest veel te hoog. Het feit dat we daarnaast veel stikstof via voer uit het buitenland naar Nederland aanvoeren, maakt dat je al snel kunt concluderen dat er teveel is. "Gras met een beetje klaver." is prima voer voor de koeien, aldus Tineke.

Kijken we naar ons eigen eten, dan licht Tineke toe dat biologische producten meer kosten omdat er ook meer wordt ingestopt, aan zorg voor natuur, landschap en milieu. Op de vraag of ze begrijpt dat er mensen zijn voor wie de boodschappenlijstjes dan te duur uitvallen, geeft Tineke aan dat het ook een kwestie is van prioriteiten kiezen. "Vanaf dat ik 18 was, kocht ik altijd al biologisch en ik had echt geen cent te makken," vertelt ze. "Het is maar net welke keuzes je maakt en wat je belangrijk vindt. Ik spaar ook heel veel geld uit op dingen die andere mensen misschien wel doen en ik niet. Ik vindt goed eten belangrijk, het milieu belangrijk en zorg voor het landschap."

Bekijk het gesprek met Tineke in de studio van Omroep Flevoland

Vlak voor de opening van de Biobeurs met de boerentroonrede, staat Edith Lammerts van Bueren - inleider van de troonrede en voorzitter van BioAcademy - ook stil bij de grote uitdagingen die er in de landbouw liggen. Verwijzend naar de recent door Herman Wijffels uitgebrachte visie 'De Gulden Snede", licht ze toe dat het denken en doen van de huidige landbouw is voortgekomen uit de industriële revolutie, gericht op 'pakken wat je pakken kan,' passend in het toenmalige beleid om vooral de opbrengst te verhogen. De daaruit voorkomende gevolgen als stikstofcrises, CO2 crises en klimaatcrises brengt de noodzaak voor een nieuwe fase in de landbouwproductie naar voren. "In ons handelen en denken moeten we vanaf nu 'planet first' zetten, met als primaire focus: zorgen voor de aarde. Voor de draagkracht en veerkracht van de aarde als basis voor onze voedselproductie en menswording, maar ook om de samenhang tussen de onderdelen van het bedrijf en de maatschappij, de burger en de consument te verzorgen," aldus Edith. Juist de biologische landbouw staat voor het in balans brengen tussen landbouw en maatschappelijke behoeften, al kent de biolandbouw ook nog volop ontwikkelkansen en uitdagingen."BioAcademy wil daar haar bijdrage aan leveren door met haar partners het leeraanbod te vergroten," vertelt Edith, die samen met BioAcademy partner Stichting Demeter deze opening van de Biobeurs heeft georganiseerd.

"En ja, we zullen het samen moeten doen; de landbouw en maatschappij als geheel, maar ……uiteindelijk begint het voedselproces bij de boeren en de boerinnen. En daarom willen we die een stem geven, en is voor vandaag met de Boerentroonrede even NIET DE KLANT maar DE BOER onze koning of koningin!

Vervolgens was het aan Tineke van den Berg, boerin op het gemengde bedrijf De Stadsboerderij bij Almere, om onder trompetgeschal door het publiek verwelkomd te worden en met hen te delen wat haar drijft, wat ze wil realiseren en waartoe ze de landbouwsector wil inspireren.

Lees hieronder de samenvatting van de boerentroonrede, bekijk de video die bij de boerentroonrede over De Stadboerderij werd getoond of download de tekst van de Boeren Troonrede 2020 hier.

Foto: Wiebe Broekema

Deze video werd over de Stadsboerderij Almere en over Tineke getoond:


Samenvatting Boerentroonrede

‘“Landbouw is voor mij zo interessant omdat het werkt met levende natuur en omdat het de mensen voedt,” zo opent Tineke haar rede. Op 18-jarige leeftijd beschreef ze al in een opstel dat ze vond dat alle mensen samen de wereld al heel wat viezer en rommeliger hadden gemaakt en zich moeten inspannen om de aarde weer wat leefbaarder te maken. Toen al dacht ze aan verbeteringen in de landbouw en vroeg zich af of het een droom zou blijven of dat het waar zou worden. Het was in ieder geval hoe zij zelf haar toekomst zag en in levenspartner Tom Saat vond ze iemand om dit ideaal mee te realiseren.

Beide zonder ouderlijk bedrijf, startten ze, heel klein, met een stadsboerderij in het prille Almere. Vanaf het begin ontstond daar de hechte relatie met de omgeving: zorg voor bodemvruchtbaarheid, inbedding in het omringende (natuur)landschap en het samenspel met de mensen in de stad, voor wie ze voedsel produceren. Een landbouw die niet is losgezongen van haar omgeving maar zich er innig mee verbindt is volgens Tineke waar we de toekomst van de Nederlandse landbouw moeten zoeken. En dan zowel een verbinding met de bodem, als met de samenleving.

“In de eerste plaats gaat het erom de landbouw weer te verbinden met de bodem. Daarnaast gaat het om verbinding met de samenleving.”
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

De werking van de bodem kan reusachtig zijn, vertelt Tineke enthousiast. “In een rijke bodem komt de hoeveelheid bodemleven per hectare overeen met het volume van een kudde koeien. Hoe is het om je voor te stellen dat dát in de akker leeft! Het bodemleven is dan ook de beste recycler in de akkerbouw, door alles om te zetten in waardevolle humus. De boer heeft als taak om dat samenspel te verzorgen.”

Ook de aanvoer van stikstof ziet Tineke als een samenspel met het eigen bedrijfssysteem en de inzet van klavers of andere vlinderbloemigen als basis. “Een gemengd bedrijf kan realiseren dat het stikstofoverschot niet boven de 100 kg per hectare uitkomt, waardoor er geen stikstofprobleem ontstaat. Als ieder bedrijf, of combinatie van bedrijven, slechts zoveel dieren heeft als waarvoor ze op haar eigen land voer kan produceren, dan kunnen we als sector werkelijk een halt toeroepen aan de crisissen in de landbouw die elkaar, wanneer we niet ingrijpen, zullen blijven opvolgen. Stikstof, fosfaat en CO2: Alles heeft met elkaar te maken, de samenhang is evident en de oplossing zit,” concludeert Tineke, “voor wat het landbouwaandeel betreft, in de grond.”

Foto: Dick Boschloo

“We kunnen als sector een halt toeroepen aan de crisissen in de landbouw die elkaar, wanneer we niet ingrijpen, zullen blijven opvolgen. De samenhang is evident en de oplossing zit in de grond.”
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

“Als humus CO2 kan vastleggen in een kloppend bedrijfssysteem met een gezonde bodem, levert het daarmee een onmisbaar aandeel in de oplossing van het klimaatprobleem. Opbouw van humus moet dus prioriteit krijgen bij het halen van klimaatdoelen,” stelt Tineke. Biologische landbouw is een voorloper in het stimuleren van humusopbouw door een ruime vruchtwisseling en door het gebruik van organische mest, stro en groenbemesters.”

“Bent u de boerin?” hoor ik het vaakst van jonge kinderen. Groot ontzag valt mij dan ten deel, plus de mededeling “Ik wordt later ook boer.”
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

‘’Bent u de boerin?” Dat is de vraag die ik het vaakst hoor van jonge kinderen die de boerderij bezoeken. Groot ontzag valt mij dan ten deel, plus de mededeling: ‘Ik word later ook boer’. Bij veel oudere bezoekers maakt Tineke mee dat de geur van stalmest goede boerderijherinneringen oproept. Als boer is het voor haar dagelijkse kost om de loop van de seizoenen te ervaren; dood en leven van dichtbij mee te maken; in verwondering en verbondenheid je werk te doen en zingeving als beloning te ontvangen. “Zeker in een samenleving waarin de meeste mensen in hun werk hier ver van af zijn komen te staan, besef ik welke rijkdom de landbouw biedt. Niet alleen aan ons als boeren, ook aan burgers.” De band met de samenleving is daarom óók een belangrijke verbindende taak van de boer, vindt Tineke. Ze neemt daarom stadgenoten en andere burgers mee in het boerenleven. Schoolklassen, stagiairs, studenten en vrijwilligers leren over de herkomst van hun voedsel en ontwikkelen zich hopelijk tot bewuste consumenten. De boerenmarkt, met vlees van eigen koeien, is op het eigen erf dat in de loop der jaren steeds meer bedrijvigheid heeft omarmd: de imker, de kok, de cateraar, de zorgondernemer, de bakker, de bloementeler, de timmerman en de kunstenaar. Ze vinden er een werkplek, grondstoffen, faciliteiten en een inspirerende omgeving. De nieuwe bedrijven maken de boerderij steeds mooier en leveren samenhang: een bijenstal, een kruidentuin en mooie producten zoals brood, gebak, jam en honing. Tineke vindt het fantastisch om de overvloed van het boerenwerk met anderen te kunnen delen en sinds kort gaat dit op een tweede erf zelfs nog een stapje verder met debouw van dertig woningen rond de koeienstal. Het erf wordt daarmee een levendige plek met de landbouw als basis. Verbinding met de samenleving maakt de landbouw ook in sociaal opzicht waardevol.

“We hebben een landbouwsector nodig, waarin niet de euro’s of de regelgeving op de eerste plaats bepalen wat de juiste keuzes zijn, maar de bodemvruchtbaarheid en de kwaliteit van voedsel, landschap en natuur.
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

Heeft Tineke nog toekomstdromen? “We hebben een landbouwsector nodig, waarin niet de euro’s of de regelgeving op de eerste plaats bepalen wat de juiste keuzes zijn, maar de bodemvruchtbaarheid en de kwaliteit van voedsel, landschap en natuur,” stelt ze. De biologische sector kan uitstekend als voorbeeld dienen om kringlooplandbouw als doel te kunnen realiseren. Hierin is aangetoond dat als een bedrijf in landbouwkundig en ecologisch opzicht klopt, de regels geen bedreiging meer zijn. Het vakmanschap van de biologische boer maakt dat het dan met de euro’s ook wel goed komt.” Tineke steekt zeker ook de hand in eigen boezem en concludeert dat er ook in de biologische sector nog veel te verbeteren is. “Ik wens de sector de moed toe om te stoppen met het op grote schaal meststoffen van buiten de biologische landbouw te gebruiken, biologische grondstoffen van over de hele wereld naar Nederland te blijven slepen en onze vruchtwisseling vol te blijven proppen met cash crops. Daarmee boeren we achteruit en werken we niet echt aan verandering van het landbouwsysteem.”

“Kringlopen zijn aardig, maar een opwaartse spiraal realiseren is nog veel mooier.”
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

“Bovendien zijn we er nog niet met kringlopen, die in de biologische landbouw een tussenstation zouden moeten zijn. Het is mogelijk een opwaartse spiraal te creëren,” stelt Tineke, “met een voortdurende verbetering van bodemvruchtbaarheid, van landschap, van milieu en natuur. We mogen daarin vertrouwen op de kracht van het agro-ecosysteem van de biologische landbouw. Dan wordt elke boerderij een motor voor bodemvruchtbaarheid en biodiversiteit. Als je zo naar de landbouw probeert te kijken, ben je als boer nooit klaar en kan het altijd beter. Ik ben ervan overtuigd dat iedere plek, ieder bedrijf, iedere boer, zijn eigen mogelijkheden daarin heeft. Ik zou al mijn biologische collega-boeren willen aanmoedigen: neem je dromen serieus:
Er is werk aan de winkel en we hebben goud in handen.”

Foto: Dick Boschloo

Op 22 en 23 januari 2020 vond de tweedaagse Biobeurs in de IJsselhallen in Zwolle plaats met ca. 400 standhouders en 10.000 bezoekers.

De beurs ging op een speciale manier van start, met de Boerentroonrede, dit jaar voorgedragen door de Flevolandse biologische boerin Tineke van den Berg van De Stadsboerderij bij Almere. Vooraf was ze te gast in de studio van Omroep Flevoland om over deze eervolle taak te praten. "Ik wil graag alle boeren moed in praten dat wij, als boeren, goud in handen hebben bij het oplossen van klimaatproblemen," vertelt Tineke aan de journalisten. En dit 'goud' is voor haar zowel het zwarte goud -de mest van haar eigen koeien- als de capaciteit van boeren om met het telen van producten en hun land te bewerkten CO2 te kunnen vastleggen in de bodem. "Stel nu dat het alle boeren in Nederland lukt om de komende tien jaar, op iedere akker, het organische stof-gehalte het 'levende deel', met 0,5% te verhogen. Dan hebben we over tien jaar het klimaatprobleem opgelost. "Goede mest bindt CO2", licht Tineke toe. ""Het is dan wel belangrijk dat je niet meer koeien houdt dan past bij het land dat je hebt." Bovendien zorgt een actief bodemleven ook voor stikstofbinding in de bodem. Tineke legt uit dat we geneigd zijn koeien veel eiwitten te voeren zodat ze veel produceren, maar dan vervliegt er ook weer veel stikstof in de mest. Daardoor zijn stikstofgehaltes in mest veel te hoog. Het feit dat we daarnaast veel stikstof via voer uit het buitenland naar Nederland aanvoeren, maakt dat je al snel kunt concluderen dat er teveel is. "Gras met een beetje klaver." is prima voer voor de koeien, aldus Tineke.

Kijken we naar ons eigen eten, dan licht Tineke toe dat biologische producten meer kosten omdat er ook meer wordt ingestopt, aan zorg voor natuur, landschap en milieu. Op de vraag of ze begrijpt dat er mensen zijn voor wie de boodschappenlijstjes dan te duur uitvallen, geeft Tineke aan dat het ook een kwestie is van prioriteiten kiezen. "Vanaf dat ik 18 was, kocht ik altijd al biologisch en ik had echt geen cent te makken," vertelt ze. "Het is maar net welke keuzes je maakt en wat je belangrijk vindt. Ik spaar ook heel veel geld uit op dingen die andere mensen misschien wel doen en ik niet. Ik vindt goed eten belangrijk, het milieu belangrijk en zorg voor het landschap."

Bekijk het gesprek met Tineke in de studio van Omroep Flevoland

Vlak voor de opening van de Biobeurs met de boerentroonrede, staat Edith Lammerts van Bueren - inleider van de troonrede en voorzitter van BioAcademy - ook stil bij de grote uitdagingen die er in de landbouw liggen. Verwijzend naar de recent door Herman Wijffels uitgebrachte visie 'De Gulden Snede", licht ze toe dat het denken en doen van de huidige landbouw is voortgekomen uit de industriële revolutie, gericht op 'pakken wat je pakken kan,' passend in het toenmalige beleid om vooral de opbrengst te verhogen. De daaruit voorkomende gevolgen als stikstofcrises, CO2 crises en klimaatcrises brengt de noodzaak voor een nieuwe fase in de landbouwproductie naar voren. "In ons handelen en denken moeten we vanaf nu 'planet first' zetten, met als primaire focus: zorgen voor de aarde. Voor de draagkracht en veerkracht van de aarde als basis voor onze voedselproductie en menswording, maar ook om de samenhang tussen de onderdelen van het bedrijf en de maatschappij, de burger en de consument te verzorgen," aldus Edith. Juist de biologische landbouw staat voor het in balans brengen tussen landbouw en maatschappelijke behoeften, al kent de biolandbouw ook nog volop ontwikkelkansen en uitdagingen."BioAcademy wil daar haar bijdrage aan leveren door met haar partners het leeraanbod te vergroten," vertelt Edith, die samen met BioAcademy partner Stichting Demeter deze opening van de Biobeurs heeft georganiseerd.

"En ja, we zullen het samen moeten doen; de landbouw en maatschappij als geheel, maar ……uiteindelijk begint het voedselproces bij de boeren en de boerinnen. En daarom willen we die een stem geven, en is voor vandaag met de Boerentroonrede even NIET DE KLANT maar DE BOER onze koning of koningin!

Vervolgens was het aan Tineke van den Berg, boerin op het gemengde bedrijf De Stadsboerderij bij Almere, om onder trompetgeschal door het publiek verwelkomd te worden en met hen te delen wat haar drijft, wat ze wil realiseren en waartoe ze de landbouwsector wil inspireren.

Lees hieronder de samenvatting van de boerentroonrede, bekijk de video die bij de boerentroonrede over De Stadboerderij werd getoond of download de tekst van de Boeren Troonrede 2020 hier.

Foto: Wiebe Broekema

Deze video werd over de Stadsboerderij Almere en over Tineke getoond:


Samenvatting Boerentroonrede

‘“Landbouw is voor mij zo interessant omdat het werkt met levende natuur en omdat het de mensen voedt,” zo opent Tineke haar rede. Op 18-jarige leeftijd beschreef ze al in een opstel dat ze vond dat alle mensen samen de wereld al heel wat viezer en rommeliger hadden gemaakt en zich moeten inspannen om de aarde weer wat leefbaarder te maken. Toen al dacht ze aan verbeteringen in de landbouw en vroeg zich af of het een droom zou blijven of dat het waar zou worden. Het was in ieder geval hoe zij zelf haar toekomst zag en in levenspartner Tom Saat vond ze iemand om dit ideaal mee te realiseren.

Beide zonder ouderlijk bedrijf, startten ze, heel klein, met een stadsboerderij in het prille Almere. Vanaf het begin ontstond daar de hechte relatie met de omgeving: zorg voor bodemvruchtbaarheid, inbedding in het omringende (natuur)landschap en het samenspel met de mensen in de stad, voor wie ze voedsel produceren. Een landbouw die niet is losgezongen van haar omgeving maar zich er innig mee verbindt is volgens Tineke waar we de toekomst van de Nederlandse landbouw moeten zoeken. En dan zowel een verbinding met de bodem, als met de samenleving.

“In de eerste plaats gaat het erom de landbouw weer te verbinden met de bodem. Daarnaast gaat het om verbinding met de samenleving.”
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

De werking van de bodem kan reusachtig zijn, vertelt Tineke enthousiast. “In een rijke bodem komt de hoeveelheid bodemleven per hectare overeen met het volume van een kudde koeien. Hoe is het om je voor te stellen dat dát in de akker leeft! Het bodemleven is dan ook de beste recycler in de akkerbouw, door alles om te zetten in waardevolle humus. De boer heeft als taak om dat samenspel te verzorgen.”

Ook de aanvoer van stikstof ziet Tineke als een samenspel met het eigen bedrijfssysteem en de inzet van klavers of andere vlinderbloemigen als basis. “Een gemengd bedrijf kan realiseren dat het stikstofoverschot niet boven de 100 kg per hectare uitkomt, waardoor er geen stikstofprobleem ontstaat. Als ieder bedrijf, of combinatie van bedrijven, slechts zoveel dieren heeft als waarvoor ze op haar eigen land voer kan produceren, dan kunnen we als sector werkelijk een halt toeroepen aan de crisissen in de landbouw die elkaar, wanneer we niet ingrijpen, zullen blijven opvolgen. Stikstof, fosfaat en CO2: Alles heeft met elkaar te maken, de samenhang is evident en de oplossing zit,” concludeert Tineke, “voor wat het landbouwaandeel betreft, in de grond.”

Foto: Dick Boschloo

“We kunnen als sector een halt toeroepen aan de crisissen in de landbouw die elkaar, wanneer we niet ingrijpen, zullen blijven opvolgen. De samenhang is evident en de oplossing zit in de grond.”
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

“Als humus CO2 kan vastleggen in een kloppend bedrijfssysteem met een gezonde bodem, levert het daarmee een onmisbaar aandeel in de oplossing van het klimaatprobleem. Opbouw van humus moet dus prioriteit krijgen bij het halen van klimaatdoelen,” stelt Tineke. Biologische landbouw is een voorloper in het stimuleren van humusopbouw door een ruime vruchtwisseling en door het gebruik van organische mest, stro en groenbemesters.”

“Bent u de boerin?” hoor ik het vaakst van jonge kinderen. Groot ontzag valt mij dan ten deel, plus de mededeling “Ik wordt later ook boer.”
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

‘’Bent u de boerin?” Dat is de vraag die ik het vaakst hoor van jonge kinderen die de boerderij bezoeken. Groot ontzag valt mij dan ten deel, plus de mededeling: ‘Ik word later ook boer’. Bij veel oudere bezoekers maakt Tineke mee dat de geur van stalmest goede boerderijherinneringen oproept. Als boer is het voor haar dagelijkse kost om de loop van de seizoenen te ervaren; dood en leven van dichtbij mee te maken; in verwondering en verbondenheid je werk te doen en zingeving als beloning te ontvangen. “Zeker in een samenleving waarin de meeste mensen in hun werk hier ver van af zijn komen te staan, besef ik welke rijkdom de landbouw biedt. Niet alleen aan ons als boeren, ook aan burgers.” De band met de samenleving is daarom óók een belangrijke verbindende taak van de boer, vindt Tineke. Ze neemt daarom stadgenoten en andere burgers mee in het boerenleven. Schoolklassen, stagiairs, studenten en vrijwilligers leren over de herkomst van hun voedsel en ontwikkelen zich hopelijk tot bewuste consumenten. De boerenmarkt, met vlees van eigen koeien, is op het eigen erf dat in de loop der jaren steeds meer bedrijvigheid heeft omarmd: de imker, de kok, de cateraar, de zorgondernemer, de bakker, de bloementeler, de timmerman en de kunstenaar. Ze vinden er een werkplek, grondstoffen, faciliteiten en een inspirerende omgeving. De nieuwe bedrijven maken de boerderij steeds mooier en leveren samenhang: een bijenstal, een kruidentuin en mooie producten zoals brood, gebak, jam en honing. Tineke vindt het fantastisch om de overvloed van het boerenwerk met anderen te kunnen delen en sinds kort gaat dit op een tweede erf zelfs nog een stapje verder met debouw van dertig woningen rond de koeienstal. Het erf wordt daarmee een levendige plek met de landbouw als basis. Verbinding met de samenleving maakt de landbouw ook in sociaal opzicht waardevol.

“We hebben een landbouwsector nodig, waarin niet de euro’s of de regelgeving op de eerste plaats bepalen wat de juiste keuzes zijn, maar de bodemvruchtbaarheid en de kwaliteit van voedsel, landschap en natuur.
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

Heeft Tineke nog toekomstdromen? “We hebben een landbouwsector nodig, waarin niet de euro’s of de regelgeving op de eerste plaats bepalen wat de juiste keuzes zijn, maar de bodemvruchtbaarheid en de kwaliteit van voedsel, landschap en natuur,” stelt ze. De biologische sector kan uitstekend als voorbeeld dienen om kringlooplandbouw als doel te kunnen realiseren. Hierin is aangetoond dat als een bedrijf in landbouwkundig en ecologisch opzicht klopt, de regels geen bedreiging meer zijn. Het vakmanschap van de biologische boer maakt dat het dan met de euro’s ook wel goed komt.” Tineke steekt zeker ook de hand in eigen boezem en concludeert dat er ook in de biologische sector nog veel te verbeteren is. “Ik wens de sector de moed toe om te stoppen met het op grote schaal meststoffen van buiten de biologische landbouw te gebruiken, biologische grondstoffen van over de hele wereld naar Nederland te blijven slepen en onze vruchtwisseling vol te blijven proppen met cash crops. Daarmee boeren we achteruit en werken we niet echt aan verandering van het landbouwsysteem.”

“Kringlopen zijn aardig, maar een opwaartse spiraal realiseren is nog veel mooier.”
Tineke van den Berg – stadsboerin Almere

“Bovendien zijn we er nog niet met kringlopen, die in de biologische landbouw een tussenstation zouden moeten zijn. Het is mogelijk een opwaartse spiraal te creëren,” stelt Tineke, “met een voortdurende verbetering van bodemvruchtbaarheid, van landschap, van milieu en natuur. We mogen daarin vertrouwen op de kracht van het agro-ecosysteem van de biologische landbouw. Dan wordt elke boerderij een motor voor bodemvruchtbaarheid en biodiversiteit. Als je zo naar de landbouw probeert te kijken, ben je als boer nooit klaar en kan het altijd beter. Ik ben ervan overtuigd dat iedere plek, ieder bedrijf, iedere boer, zijn eigen mogelijkheden daarin heeft. Ik zou al mijn biologische collega-boeren willen aanmoedigen: neem je dromen serieus:
Er is werk aan de winkel en we hebben goud in handen.”

Foto: Dick Boschloo